Vergelijking van de milieu-impact van verschillende landbouwproductiesystemen op basis van een voedingskorf

Bij de berekening van de milieu-impact van een voedingsproduct, moet ook gekeken worden naar eventuele positieve effecten van een landbouwsysteem op het milieu. Dat blijkt uit onderzoek van het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek en de Universiteit Gent in opdracht van het Departement Omgeving. De meest gehanteerde methode, de Levenscyclusanalyse (LCA), geeft een onvoldoende genuanceerd beeld. Een LCA berekent in alle fasen – van ontginning grondstoffen, over verwerking, tot afvalbeheer- de negatieve impact van een product op het milieu. Maar daarbij wordt voorbij gegaan aan mogelijk gunstige effecten van bepaalde productiesystemen, zo concluderen de onderzoekers. Ze stellen een methode voor om deze effecten beter mee te nemen in LCA-berekeningen.

LCA is sterk wetenschappelijk onderbouwd en gedocumenteerd. Maar ondanks de voordelen blijkt deze methode toch enkele tekortkomingen te hebben. De onderzoekers pasten in hun studie een nieuwe benadering toe. Zo hielden ze rekening met de milieu-voordelen die sommige systemen van voedselproductie opleveren, de zogenaamde ecosysteemdiensten. Bepaalde landbouwsystemen kunnen bijvoorbeeld het erosierisico verminderen of bijdragen aan klimaatregulatie door koolstofopslag in de bodem. Deze benadering ontbreekt in veel LCA-berekeningen.

Voedingskorf

Hoe gingen de onderzoekers te werk? Ze stelden een ‘voedingskorf’ samen van twaalf plantaardige en dierlijke producten. De milieu-impact van deze korf werd telkens berekend per productiesysteem. Bij deze doorrekening werd naast de negatieve effecten ook rekening gehouden met de positieve effecten die het productiesysteem kan hebben op het milieu en de omgeving. Daarbij vergeleken ze vier landbouwmethoden: conventionele landbouw, precisielandbouw, boslandbouw en biologische landbouw.

Het belangrijkste inzicht dat dit opleverde is dat producten uit boslandbouw dankzij een grote positieve bijdrage het milieu minder belasten dan conventionele en precisielandbouw. In de boslandbouw worden landbouwgewassen of het houden van vee doelbewust gecombineerd met bomen of struiken op eenzelfde perceel. De hoogste negatieve impact per kilogram voedingsproduct werd gevonden bij de conventionele landbouw en de biologische landbouw. Opvallend is dat het verschil tussen beide productiesystemen door deze nieuwe benadering minder uitgesproken is dan in ander onderzoek.

Dit onderzoek kadert binnen de Europese ambities, onder meer de Farm-to-Fork Strategie, om tot een robuust en veerkrachtig voedselsysteem te komen.

Op 13 oktober 2022 organiseert Departement Omgeving een webinar over dit thema.

Persinfo: Ann Heylens, Woordvoerder Departement Omgeving, 0473 34 45 33, ann.heylens@vlaanderen.be

 

Download: “Vergelijking van de milieu-impact van verschillende landbouwproductiesystemen op basis van een voedingskorf