Wet op de oneerlijke handelspraktijken

In het Belgisch Staatsblad is de wet op de oneerlijke handelspraktijken gepubliceerd.

De wet is een belangrijke stap richting eerlijke handelsrelaties in de voedingssector maar zoals zo vaak, zal de kracht ervan afhangen van de toepassing en de achterpoortjes. De wet is de uitvoering van een Europese richtlijn die geldt als minimum en waarbij elke Lidstaat verder kon gaan met de beschermingsdrempels.

Belgiƫ heeft dit niet gedaan en behoudt de minimumvoorwaarden van de richtlijn.

Wetende dat de handel een internationaal gebeuren is en geconcentreerd is bij een handvol spelers, is het een gemiste kans om over gans Europa te spreken van een gelijk speelveld voor alle actoren in de voedinghandelskolom.

De wet bevat een lijst van handelspraktijken die voortaan absoluut verboden zijn en een lijst van handelspraktijken die vermoedelijk oneerlijk zijn doch waarvan betrokken partijen in een overeenkomst kunnen afwijken.

We sommen de absoluut verboden praktijken op:

  • Het vaststellen van betalingstermijnen van meer dan 30 dagen voor landbouwproducten en bederfelijke levensmiddelen en van meer dan 60 dagen voor andere landbouw- en voedingsproducten;
  • Het op korte termijn annuleren van bestellingen van bederfelijke landbouw- en voedingsproducten. Contracten met scholen en de gezondheidszorg vallen niet onder dit verbod;
  • Het eenzijdig wijzigingen van voorwaarden van een leveringsovereenkomst door de afnemer;
  • Het verlangen van betalingen die geen verband houden met de verkoop van landbouw- en voedingsproducten;
  • Het overdragen van het risico van verlies en bederf aan de leverancier;
  • Het weigeren van de afnemer om de voorwaarden van een leveringsovereenkomst schriftelijk aan de leverancier te bevestigen, ondanks de verzoeken van deze laatste;
  • Het onrechtmatig verkrijgen, gebruiken of openbaar maken van bedrijfsgeheimen van de leverancier door de afnemer;
  • Het nemen van of dreigen met commerciĆ«le vergeldingsmaatregelen tegenover de leverancier, indien de leverancier zijn wettelijke rechten uitoefent;
  • Het verschuiven van de kosten van het onderzoek van klachten van klanten naar de leverancier.

The proof of the pudding is in the eating.

De praktijk zal uitwijzen in hoeverre de wet slagkracht heeft binnen de handelspraktijken.

Hoe krachtig de wet de producent zal beschermen zal duidelijk worden in de rechtbank.